Wanneer een studiekring (te) klein of (te) groot wordt

 

Af en toe spreken we studiekringen die kampen met een teruglopend aantal deelnemers. Soms is het aantal deelnemers zo laag geworden dat de studiekring in haar voortbestaan bedreigd wordt. Corona heeft wat dat betreft niet geholpen. Andere groepen worden daarentegen (te) groot.

 

We geven hier wat overwegingen en suggesties wat je zou kunnen doen in zo’n situatie. Sommige zullen open deuren zijn maar misschien toch handig zo’n lijstje te hebben.

 

Overwegingen

  1. De meeste kringen vinden 10-15 deelnemers een prettig aantal. Meer of minder kan wel maar vraagt bijzondere aandacht. Bij meer dan 15 deelnemers wordt een groep wel erg groot. Rondjes duren lang, het duurt lang eer iedereen aan de beurt komt voor een presentatie. Bij kleine groepen (<10) is dat natuurlijk net andersom. Je bent relatief vaak aan de beurt voor een presentatie. De groep wordt kwetsbaar, als één of een paar deelnemers afwezig zijn wordt het ongemakkelijk.
  1. In alle gevallen is het raadzaam de situatie te bespreken in de groep en na te gaan of er iets ondernomen moet worden.
  2. Voor studiekringen die te groot worden is een oplossing: splits de groep en maak er twee studiekringen van. Dat gebeurt regelmatig. Nadeel is dat je sommige vertrouwde gezichten gaat missen (maar wie wil kan ook in beide kringen doorgaan). Er zijn ook voordelen: je kunt de bijeenkomsten van beide groepen op verschillende dagen/tijden houden, eventueel ook op verschillende locaties. Dat biedt voor de deelnemers keuzemogelijkheden. En beide groepen kunnen doorgroeien, dat geeft nieuwe gezichten.

Geef een splitsing door aan het Platform svp.

  1. Als een studiekring te klein wordt, en je wilt de kring wel in stand houden, dan is actie geboden. Wacht hier niet mee totdat de studiekring echt heel klein geworden is, probeer dat vóór te zijn. Terugkomen vanuit een heel kleine groep is extra lastig.

Ga eerst in de studiekring na waarom de groep kleiner is geworden. Als daarvoor “natuurlijke” oorzaken zijn (ziekte, overlijden, verhuizing) is daar weinig aan te doen. Maar misschien spelen er (ook) andere factoren en is de studiekring minder aantrekkelijk geworden. Wellicht moet een “revival” worden overwogen.

Kijk ook eens op onze website. Mogelijk vind je daar nuttige ideeën.

Om nieuwe deelnemers te vinden volgen hieronder een paar suggesties.

  1. Voor alle gevallen geldt: als een studiekring het prettig vindt de eigen situatie eens met het Platform te bespreken, dan doen we dat graag. Dat kan telefonisch maar één van de platformleden komt ook graag een keer op bezoek op een kringbijeenkomst.

Laat ons weten als dat het geval is.

 

Suggesties

Wat kun je doen als een studiekring (te) klein wordt en je zoekt nieuwe deelnemers?

  1. De deelnemers kunnen nagaan of in hun eigen omgeving potentiële nieuwe deelnemers te vinden zijn, het zogenaamde olievlek-effect. Maak of bestel hier eventueel een flyer voor.
  2. Neem contact op met (indien verbonden aan de studiekring) de begeleider van de bibliotheek of het welzijnswerk. Via bibliotheek of welzijnsorganisatie kan (opnieuw) een oproep gedaan worden voor nieuwe deelnemers (affiche, nieuwsbrief, website, …).
  3. Plaats een artikel in lokale nieuwsbladen. Of misschien is het mogelijk dat een plaatselijk nieuwsblad een interview/artikel schrijft over de studiekring. Nodig hen uit in de studiekring!

In PlatformPost van April 2022 is een voorbeeld-artikel van studiekring Aalten-VariFocus/bibliotheek de Achterhoekse Poort. Onze dank dat we dit mochten opnemen! Het artikel is heel succesvol gebleken, er hebben zich vijf belangstellenden gemeld. Wellicht kan het (deels) als voorbeeld dienen voor een stukje voor je eigen studiekring.

  1. Alhoewel onze doelgroep niet de actiefste is op social media, heeft een oproep op facebook e.d. misschien toch resultaat.
  2. Breng de studiekring onder de aandacht van relevante lokale organisaties (bijvoorbeeld ouderenbonden).
  3. Zorg voor een affiche/oproep in gebouwen/complexen waar veel potentiële deelnemers wonen/komen, bijvoorbeeld serviceflats, buurthuizen/verenigingsgebouwen/kulturhus.
  4. Brainstorm eens in de studiekring bij wie deelnemers nog meer komen en of die als tipgever op zou kunnen treden om zich aan te sluiten bij een studiekring. Bijvoorbeeld de huisarts, sociaal/maatschappelijk werker, pastoor/predikant, …?

 

Mocht je aanvullende suggesties/ideeën/ervaringen hebben: die horen we graag. Wellicht zien we die terug in een volgende PlatformPost.

 

Wim Heijser

E-mail: voorzitter@studiekringen50plus.nl

 


Tips van Govert van Brakel

Op de Ontmoetingsdag in 2018 in Amersfoort was Govert van Brakel, voormalig sportjournalist en radiopresentator één van de sprekers. Hij gaf waardevolle tips voor het houden van presentaties:  Deze tips kunt u hier lezen

_____________________________________________________________________________

Overige tips m.b.t. een presentatie:

Het geven van een presentatie is voor veel mensen een spannende bezigheid. Op internet vonden wij een groot aantal sites met waardevolle tips voor het geven van een succesvolle presentatie.

 

Hieronder geven we een top 10 uit de vele tips.

1. Kies een onderwerp waar u zelf helemaal achter staat en laat het aansluiten bij uw interesses, hobby’s of werk en probeer tijdens de presentatie gewoon uzelf te zijn.

2. Hou het kort. Een belangrijke regel is dat een presentatie niet langer zou moeten zijn dan een half uur à 3 kwartier.

3. Kies voor een duidelijke structuur. Het is belangrijk dat uw presentatie logisch is opgebouwd, anders kunnen de aanwezigen uw gedachten niet volgen.

4. Probeer een verhaal te vertellen en gebruik zo mogelijk humor om uw presentatie levendig te houden. Mensen houden van verhalen en snappen een idee veel sneller als het in verhaalvorm wordt uitgelegd.

5. Geef de aanwezigen iets te doen. Men wil dolgraag meedenken, maar daar moet men de mogelijkheid voor krijgen. Maak van de presentatie geen monoloog, maar een dialoog.

6. Geef van tevoren duidelijk aan wat het doel is van uw presentatie en waarom u voor dit onderwerp hebt gekozen.

7. Oefen van tevoren. Hoe simpel het ook klinkt, veel mensen denken dat ze een goede presentatie kunnen houden zonder eerst te oefenen. Geeft u een presentatie aan een klein aantal personen die u goed kent dan kunt u volstaan met 1 of 2 keer oefenen. En . .  de “spiegel” is geduldig en, niet te vergeten: oefenen helpt bij de timing.

8. Maakt u gebruik van moderne presentatietechnieken met bijvoorbeeld een beamer, zorg dan dat dit niet de overhand krijgt door te veel gebruik te maken van filmpjes, foto’s, teksten etc. Maar: liever te veel beelden waar u een verhaal bij vertelt dan teveel tekst. Mensen zijn visueel ingesteld; beelden kunnen uw verhaal sterk ondersteunen. Maar . . ze zijn een hulp, geen doel.

9. Mensen onthouden het laatste wat er gezegd is. Zorg er dus voor dat u afsluit met het vertellen van uw kernboodschap.

10. Om zenuwen te voorkomen kunt u de volgende dingen doen: Weet zoveel mogelijk over het onderwerp, oefen de presentatie zo vaak mogelijk, schrijf de presentatie volledig uit, en zorg ervoor dat u goed en rustig adem haalt. En . .  het is geen examen.